Zoals hierboven vermeld, is er een groot aantal debietregelingsmethoden beschikbaar, afhankelijk van het type compressor, de acceptabele drukvarianten, de luchtverbruikvarianten en de acceptabele energieverliezen. Energiegebruik vertegenwoordigt ongeveer 80% van de totale life cycle cost voor perslucht, wat betekent dat de keuze van een regelsysteem zorgvuldig moet plaatsvinden. Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat er aanzienlijke verschillen zijn in de prestaties van de diverse compressortypen/fabrikanten.
In het ideale scenario kan de volledige capaciteit van de compressor precies worden afgestemd op het luchtverbruik, bijvoorbeeld door de zorgvuldige keuze van de overbrengingsverhouding van de tandwielkast (aangezien deze vaak wordt gebruikt in procestoepassingen). Een aantal persluchttoepassingen is zelfregulerend: hogere werkdruk leidt tot een hoger debiet en dientengevolge, stabiele systemen. Voorbeelden zijn pneumatische transportsystemen, ijspreventie, koelsystemen enzovoort. Bij de meeste toepassingen moet het debiet echter worden geregeld. Dit wordt meestal gedaan met regelapparatuur die in de compressor is geïntegreerd.
Er zijn twee hoofdgroepen regelsystemen:
Continue debietregeling omvat de continue besturing van de aandrijfmotor of inlaatklep afhankelijk van de drukvarianten. Dit leidt doorgaans tot kleine drukvariaties (0,1 tot 0,5 bar), afhankelijk van de versterking en de regelsnelheid van het regelsysteem.
Belast/onbelast regeling is de meest voorkomende regelingsmethode. Hierbij worden iets grotere variaties in de druk tussen twee grenswaarden geaccepteerd. Dit gebeurt door het debiet volledig te stoppen bij de hogere druk (onbelaste werking) en het debiet te hervatten (belaste werking) als de druk naar de laagste grenswaarde is gedaald. Drukvarianten zijn afhankelijk van het toegestane aantal belaste-/onbelaste cycli per tijdseenheid, maar liggen gewoonlijk binnen 0,3 tot 1 bar.
Lees meer over de regeling van dynamische compressoren.
Lees meer over de regeling van verdringingscompressoren.